Dag Mooierds,
Vandaag de eerste bladzijde uit ‘Yawe’! Ik hoop dat je zult kunnen genieten van dit universele verhaal en levensreis, die in al haar simpelheid, diepgaand kan zijn.
De inspiratie om het manuscript, waar ik twee jaar aan gewerkt heb, ‘Yawe’ te noemen is voortgekomen uit ‘Een vlecht van Heilig Gras’, geschreven door Robin Wall Kimmerer.
Zij deelt hierin hoe in de bijna vergeten taal van haar voorouders subtiel onderscheid wordt gemaakt tussen een levenloos en bezield wezen.
‘Van een levenloos wezen, zoals een tafel, zeggen we: Wat is het? En we antwoorden Dopwen yewe. Tafel is het. Maar van een appel moeten we zeggen: Wie is dat wezen? En we antwoorden Mshimin yawe. Appel dat wezen is.
Yawe- het bezielde zijn.
Ik ben, jij bent, hij/zij is. Om te spreken over degenen die in bezit zijn van leven en geest moeten we yawe zeggen.
Door welke linguïstische invloed komen Yahweh van het Oude Testament en yawe van de Nieuwe Wereld beide uit de monden van de eerbiedigen. Is dit niet precies wat het betekent om te zijn, om de levensadem in je te hebben, om de nakomelingen van de schepping te zijn? De taal herinnert ons in elke zin aan onze verwantschap met de hele bezielde wereld.’
Mooi hè!
Ik wens je veel genieten toe.
Liefs,
Alja
Eens …
een diepe duisternis was.
Geen licht noch kleur
onthulde zichzelf.
Het was aardedonker.
~



